artrose

Artrose

Artrose is een gewrichtsaandoening die veel voorkomt en gepaard gaat met problemen in het dagelijks functioneren. Mensen met artrose van met name de heup en/of knie ervaren veel beperkingen in hun dagelijks functioneren. Deze zijn fysiek minder actief dan gezonde leeftijdgenoten. Van alle gewrichtsaandoeningen is artrose de meest voorkomende.

Bij artrose is sprake van verlies van de normale structuur en functie van het gewrichtskraakbeen. Verlies van de gezonde structuur van kraakbeen kan geleidelijk, acuut of door een trauma plaatsvinden. Een combinatie van beide is ook mogelijk wanneer licht belastbaar kraakbeen zo sterk wordt belast dat er beschadiging optreedt.

In het beginstadium ontstaan er veranderingen in het kraakbeenmetabolisme, wat tot uiting komt in

veranderingen op moleculair niveau van de grondsubstantie in het kraakbeen. De slingers van

proteoglycaanketens worden korter, waarmee het vermogen om weer krachtig te binden afneemt. Er ontstaat overigens wel een toename van het watergehalte, wat leidt tot een ongewenste zwelling van het kraakbeen.

Het water wordt echter minder sterk gebonden, zodat bij belasting sneller (te snel) verlies van vocht optreedt.

Na het stoppen van de belasting wordt vervolgens weer te veel vocht opgenomen. De zwelling veroorzaakt een verlies van de juiste oriëntering van de collageen vezels die ingebed liggen in de matrix. Het kraakbeen verliest daarmee zijn stijfheid en sterkte en is als het ware een te ‘slappe spons’ geworden. Minifissuren zullen dan leiden tot beschadigingen die onvoldoende kunnen worden gerepareerd. Kleine deeltjes van het gescheurde kraakbeenweefsel raken los en komen in het gewricht terecht. Als zij in contact komen met het gewrichtskapsel ontstaat er capsulitis (artritis). Langzamerhand neemt de dikte van het kraakbeen af. De artrose is daarmee begonnen.

Kortom;

Bij artrose treden beschadigingen en/of treedt afbraak op van het kraakbeen. Bovendien zijn er reactieve botwoekeringen , ook wel osteofyten genoemd, in het aangedane gewricht. Hierdoor raken de normale gewrichtsoppervlakken ‘ misvormd’.

Ter vermindering van de pijn en ter verbetering van het fysiek functioneren wordt oefentherapie aanbevolen. De huisarts wordt geadviseerd om vooral voor cliënten die weinig actief zijn te verwijzen naar een fysiotherapeut.

De fysiotherapeutische behandeling van mensen met heup-en/of knieartrose bestaat uit begeleide oefentherapie, zoals oefeningen ter bevordering van de spierkracht en aerobe capaciteit, looptraining en functionele oefenvormen. Oefentherapie in combinatie met voorlichting en het bevorderen van adequaat zelfmanagement, onder andere op het gebied van lichamelijke activiteit vormt de basis van de behandeling. In individuele gevallen en in combinatie met actieve oefentherapie, kunnen passieve therapie, hydrotherapie, transcutaneous electrical nerve stimulation (TENS), ijspakkingn bij ontstekingsactiviteit en tapen bij patellofemorale artrose worden overwogen. In geval van een gewrichtsvervangende operatie bij heup-en/of knieartrose wordt spierversterkende en functionele oefentherapie in de postoperatieve fase aanbevolen.

Voeding:

Cliënten met artrose in de onderste extremiteiten krijgen vaak het advies om af te vallen. Gebleken is dat alleen in geval van knieartrose gewichtsreductie leidt tot een duidelijk betere functie van de knie. Opmerkelijk hierbij is dat (in geval van de knie) de combinatie afvallen en lichaamsbeweging betere resultaten geeft dan een van de twee therapeutische maatregelen afzonderlijk. Met betrekking tot de andere gewrichten van de onderste extremiteit worden geen duidelijke effecten aangetoond van gewichtsverlies.

Aanpassen van de leefstijl.

Wanneer de cliënt zelf voldoende motivatie heeft om zijn leefstijl aan te passen, dan is therapie niet altijd nodig. Regematig bezoek aan een fitnesscentrum, dagelijkse lichaamsbeweging, aangepast aan de mogelijkheden van de cliënt kunnen voldoende zijn. Als de belastbaarheid van het aangedane gewricht zeer gering is, kan de cliënt gebruikmaken van hulpmiddelen, zoals een stok of kruk. In geval van heupartrose is dit vaak een uitkomst.